HERO STC KNRM

Offshore wind ingebed in STC-opleidingen

In onze uitgebreide serie interviews over offshore wind spraken we eerder met NWEA, Havenbedrijf Rotterdam, Safeway en Rhenus Offshore Logistics. Dit keer het woord aan een opleidings- en trainingscentrum in voor de offshore windindsutrie; STC-KNRM.

Het is historische grond, het achterterrein van de RDM. Waar ooit de SS Rotterdam en de SS Amsterdam langs de pier lagen om afgebouwd te worden is nu ruimte voor een trainingsinstituut en nautische bedrijven. Zo ontstond ook de ‘Safety Port of Rotterdam’, waar verschillende partijen in samenwerking veiligheidstrainingen aanbieden. Een van die partijen is STC-KNRM, een samenwerking tussen het opleidingsinstituut STC (Scheepvaart en Transport College) en de KNRM (Koninklijke Nederlandse Reddingsmaatschappij). RPPC ging er op bezoek.

“Al in 2008 begon hier een klein bedrijf met het aanbieden van veiligheidstrainingen voor de offshore industrie, die toen nog bestond uit activiteiten voor het winnen van olie en gas op de zee”, legt Riemert Moleman, Directeur van de trainingslocatie uit. “Die trainingen waren qua inhoud uitgekristalliseerd, maar bij andere sectoren was er meer dynamiek.” Moleman wijst erop dat medewerkers voor de scheepvaart in die tijd slechts werden getraind tijdens de opleiding, maar dat die sinds 2015 om de vijf jaar verplicht herhalingscursussen moeten volgen. “Die bieden wij aan; ons zusterbedrijf STC heeft immers ook een rol in het trainen van volwassenen.” Daarnaast ontstond een jaar of vijf geleden de behoefte aan trainingen voor medewerkers in offshore wind. “De Global Wind Organisation (GWO), is de organisatie die richtlijnen geeft voor alle aspecten van de wind-industrie, inclusief de eisen voor de veiligheidstrainingen.”


Ander karakter

De richtlijnen die de GWO opstelt duiden erop dat het werken in offshore wind op veel gebieden een ander karakter heeft dan het werk in andere nautische sectoren. Om die reden startte het STC met een speciale Topklas Wind. Nicole van Spronsen, senior projectmanager onderwijsinnovatie bij het STC, was betrokken bij het opzetten van deze Topklas en is verbonden bij de Rotterdamse Wind Coalition. ”We zagen de offshore wind-sector sterk groeien en vroegen ons af hoe daarop in te spelen.” Om een antwoord te krijgen op die vraag werd een groot aantal bedrijven bezocht. “We wilden weten wat ze nodig hebben en welke opleidingen binnen onze organisatie daar het best op aansluiten”, herinnert Van Spronsen zich.

De opleiding procestechniek in Brielle bleek het best te passen bij de behoefte in de markt. “Het zijn zeer technisch georiënteerde leerlingen”, licht de projectmanager toe. “De richtlijnen van de GWO gaven ons een inhoudelijk kader waarmee we pilots konden opzetten.” Naar aanleiding van de resultaten van de pilots kon feedback verzameld worden bij bedrijven waar de scholieren stagelopen. Ook werd zo duidelijk of er wel interesse voor offshore wind bij onze leerlingen bestaat.


Opleiding Maintenance

Hoewel het gesprek plaatsvindt op Heijplaat, is ook Hans Wentink, Collegedirecteur van het college Proces en Maintenance binnen het STC aanwezig. “We zijn met derdejaars scholieren binnen de opleiding Maintenance in Brielle begonnen”, legt Wentink uit. “Dit zijn leerlingen die opgeleid worden voor het onderhoud aan machines. We hebben hen op de man af gevraagd of ze interesse hadden in een extra aantekening op het diploma, na een afgesloten Topklas wind.

Ze kregen extra lessen en trainingen, waaronder de veiligheidstraining hier.” Het stagelopen op windmolens was daarbij een onderdeel van het curriculum.

Inmiddels is offshore wind opgenomen als keuzevak in het reguliere onderwijs, en wel binnen de MBO-opleiding op niveau 4. “De opleiding is gericht op de behoefte in de markt, zoals eerder al gezegd. Onderhoudsmonteurs zijn heel belangrijk, de molens staan er decennialang en moeten onderhouden worden.”

Het is een groeimarkt, weten de aanwezigen aan tafel, en STC is daarop ingesprongen. Of, zoals Nicole van Spronsen het bondig formuleert: “We leiden niet op voor beroepen die er niet zijn.”

Apart vak

Moleman, Directeur van STC-KNRM, gaat in op het speciale karakter van offshore wind. “Je kunt het onderhoud van molens op het land eigenlijk niet vergelijken met offshore wind. Het is een andere wereld. Zo speelt roest een grote rol, is de golfslag onvoorspelbaar, en bij een storing is het vervoer van monteurs en onderdelen ingewikkelder dan op land.” Wat hij wil aangeven is, dat offshore wind op het gebied van onderhoud een apart vak is. Collegedirecteur Wentink onderschrijft dit. “Die molens moeten veertig jaar lang onderhouden worden, dat levert veel werk op. Het is een vak en ook nog eens een goed betaald vak, voor mensen die geen hoogtevrees hebben en ook geen negen tot vijf mentaliteit.”

Uit het gesprek blijkt dat de (toekomstige) onderhoudsmonteurs daarnaast vooral zelfstandig zijn, goed kunnen samenwerken met de collega met wie ze op de molen werken en vooral ook kunnen verwoorden welke problemen ze op locatie aantreffen.”

Wentink: “het is als het schaap met vijf poten, want kennis en kunde op het gebied van hydraulische-techniek, elektro-, mechanische- en pneumatische-techniek komt samen in één monteur”.

In de praktijk blijkt ook de overstap van een bewegend vaartuig in een zee met meterhoge golven, naar een vaste molen niet eenvoudig. “Wij geven om die reden ook trainingen voor de Safeway (link naar het artikel), zodat ze daar ervaring mee opdoen.”


Milieu

De opleiding is populair bij de jongeren. Van Spronsen: “Het niet alleen een leuke markt en een groeisegment, maar je doet ook iets goeds voor de aarde. Milieu en techniek komen hier bij elkaar. En ja, ze vinden het stoer om te kunnen vertellen dat ze op 120 meter hoogte hun boterham eten.”

De haven van Rotterdam was al sterk in de bouw van windmolens, maar ontwikkeld zich ook sterk als onderhoudshub. Van Spronsen: “Daarom is het offshore windcluster ook voor ons heel belangrijk. We kunnen samen meegroeien met de markt. De bedrijven hebben ons nodig voor goed opgeleide werknemers, wij hebben hen nodig voor stageplekken en voor feedback op ons opleidingsprogramma. Op die manier profiteren we allemaal van de samenwerking binnen dit RPPC-cluster.”

Daarnaast waarderen de deelnemers aan het gesprek de samenwerking met RPPC als het gaat om reizen en het bezoeken aan beurzen. “Je hoeft het niet allemaal zelf op te zetten en te onderzoeken”, stelt Moleman. “Wind biedt een brede waaier aan bedrijven veel kansen in deze regio. Die moeten we verzilveren.”


overzicht serie interviews offshore wind
Thumbnail STC KNRM