Koninklijke Van der Wees Groep in Dordrecht en de Van der Vlist Transportgroep met hoofdkantoor in Groot-Ammers zijn niet alleen twee familiebedrijven, ze zijn ook allebei RPPC-lid. Deels opereren de ondernemingen in dezelfde markt. Ze zien elkaar echter met regelmaat eerder als partners, en werken dan waar mogelijk samen, dan als concurrenten.

Voor Van der Wees is wegtransport één van de drie divisies die het bedrijf telt, naast logistiek en watertransport. “Eigenlijk zijn alle activiteiten van het bedrijf, waar nu de derde generatie de scepter zwaait, voortgekomen uit het beurtvaarttransport tussen Dordrecht en Delft over het water”, legt Mark van den Berg, Sales Manager bij Koninklijke Van der Wees Groep uit. “Het één is uit het ander voortgekomen. We hadden al snel een terrein nodig om onze vaartuigen te faciliteren, eerst waren dat schepen, later ook pontons.” Van der Wees beschikt inmiddels over een vloot van twintig pontons en zeven duwboten.

Wegtransport eerst ondersteunend

Ook de activiteiten op de weg kwamen voort uit de overige activiteiten. “In eerste instantie was het wegtransport ondersteunend aan de andere divisies. Je hebt immers altijd met aan- en afvoer van materiaal te maken.” Zoals de onderneming zich op water specialiseerde, zo werd ook bij het wegvervoer gekozen voor een niche: lengte transport. Dat doet de groep voor de eigen activiteiten, maar andere kunnen het materieel ook charteren. “Mammoet doet dat, net als Wagenborg en dus ook Van der Vlist.”

Van den Berg ziet in de praktijk dat lading steeds forser wordt. “Samen met Van der Vlist waren we betrokken bij het transport van windmolenwieken (“blades”) die naar Zeewolde moesten. Daarvoor gebruiken we speciale trailers die objecten van 65 meter kunnen vervoeren.”

Speciaal transport

Die laatste ontwikkeling ziet Rob van de Wal, Commercial Manager bij Van der Vlist Terminal Moerdijk (onderdeel van de Transportgroep) ook. Van der Vlist, inmiddels is de vierde generatie actief in de onderneming, is van huis uit al sinds 1930 actief in speciaal transport. Het beschikt over zo’n 280 voertuigen die dergelijke speciale transporten kunnen uitvoeren. Daarnaast heeft de onderneming bij de verschillende vestigingen in Europa ook warehousing capaciteit. Het hoofdkantoor is gevestigd in Groot-Ammers. Van de Wal zelf werkt in Moerdijk, de enige vestiging van de onderneming aan een haven - maar wel een haven met een forse diepgang. “Zeker als het gaat om blades, de bladen van windmolens, wordt het te transporteren materiaal steeds forser, of dat nu op de weg is of alleen al op onze terminal. Bij dergelijke projecten werken we graag samen met andere specialisten, zoals Van der Wees.”

Helpende hand

De beide familiebedrijven lijken ook in een ander opzicht op elkaar. Zo zijn ze beide gespecialiseerd in de op- en overslag van staal, een heel specifieke branche, maken de heren duidelijk. “Als een schip komt met 3.500 ton ongesorteerd staal, dan moet je dat slim kunnen lossen selecteren, zodat het gestructureerd op de kade komt. Dat kan niet iedereen.” Daar waar het ene familiebedrijf extra capaciteit nodig heeft op de terminal en de ander wat ruimer zit, wordt wederzijds een helpende hand geboden.